**1/2
John Carpenter, regisseur van verschillende genreklassiekers ("Dark star", "Assault on precinct 13"), verfilmde griezelroman Christine van Stephen King in diens volle glorieperiode (In hetzelfde jaar kwamen nog er twee andere King verfilmingen in de zalen, "The dead zone" van David Cronenbergh en "Cujo"). Carpenter had net het razend spannende "The thing" (1982) gemaakt en was op de top van zijn kunnen. Deze combinatie van bestsellerschrijver en cultregisseur leek a match made in heaven, maar de film lost de hoge verwachtingen maar half in.
De ietwat verlegen tiener Arnie Cunningham (Keith Gordon) is het archetype nerd die zijn dagen doorbrengt onder het juk van zijn ouders, elke dag dezelfde pestkoppen trotseert en altijd een beetje in schaduw van zijn beste vriend staat. Wanneer hij na de eerste schooldag zijn oog laat vallen op een aftandse rode Plymouth Fury (bouwjaar '58) en beslist deze te kopen verandert zijn leven aanzienlijk. De helrode wagen, die een eigen leven lijkt te leiden en de naam Chistine draagt, heeft een bezwerend effect op Arnie en stilaan transformeert hij in een coole kerel die niks of niemand meer vreest. Algauw wordt Arnie de populairste kerel in de school en niet veel later zelfs het vriendje van het mooiste meisje uit de buurt. Zijn obsessie met Christine uit zich in een soort relatie-achtige verstandshouding waarbij de wagen zich gedraagt als een ziekelijk jaloers eega en elk individu dat tussen haar en Arnie komt, meedogenloos afstraft. Getuige hiervan is zijn eerste date met Leigh, welke in mineur afloopt. Wanneer Christine door enkele van Arnie's klasgenoten volledig tot schroot wordt herleid, begint de wagen eigenhandig elk van de daders één voor één te elimineren.
In tegenstelling tot de meeste Kingverfilmingen is "Christine" geen rechttoe rechtaan horrorfilm, maar eerder een traag opbouwende thriller die het meer moet hebben van sfeer en spanning dan van de gebruikelijke shockeffecten. Er vallen doden, maar het bloedvergieten is minimaal en hoewel Christine zelf een diabolische verschijning is die echt lijkt te leven, gaat er weinig dreiging van uit en heeft John Carpenter de moeilijke taak om dit gegeven anderhalf uur lang geloofwaardig te houden. Hij slaagt er toch in, mede dankzij enkele knappe speciale effecten, de wagen een eigen karakter mee te geven en Christine op te voeren als een volwaardig personage.
Het is op het vlak van karakterontwikkeling waar de film faalt, en dit uit zich ondermeer in de veel te snelle omschakeling van Arnie's gedrag, die over één nacht verandert van ubernerd naar koele kikker en zijn plotsklapse status van hunk (!?) (hij krijgt tenslotte de mooiste vrouw te pakken) daarbij volledig uitbuit. Er wordt weinig aandacht besteed aan de menselijke interacties en voornamelijk gefocust op de liefdesrelatie tussen Christine en haar eigenaar.
Waar de film wel scoort is in de scenes waarin Christine opereert als wraakengel voor de steeds agressiever wordende Arnie. Deze scenes bezitten een poetische kracht die de plausibiliteit van het verhaal alleen maar ten goede komt (het is en blijft tenslotte een ridicuul gegeven) en aantonen dat John Carpenter een meester is in het creeeren van claustrofobische spanning. Alsook is "Christine" een produkt van zijn tijd wat zich uit in de strakke kadrering, cheesy dialogen, het vele gevloek en een pulserende electronische soundtrack (wederom van John zelf).
"Christine" is allesbehalve een slechte film, maar overstijgt nauwelijks het pulphorrorgenre dat de jaren 80 domineerde en komende van John Carpenter is dit een spijtige zaak. Het zou tot "Prince of darkness" (1987) duren vooraleer den John nog eens een klein meesterwerk uit zijn mouw schudde en het werdt dan ook zijn laatste echt goede film (alhoewel "They live" (1988) er ook wel mag wezen).
09-09-2012
Geen opmerkingen:
Een reactie posten